Antwoordopties

Bij een getalvraag kun u meerdere antwoordopties ingeven. Dit doet u door de opties te scheiden met een | teken.
Bijvoorbeeld: 0.5|1.2

Intervallen

Ook kunt u in getalvragen werken met intervallen.
U geeft intervallen aan met de tekens <, >, [ en ]. Deze tekens staan voor:

<	(kleiner dan)	van
>	(groter dan)	tot
[	(blokhaak links)	van en met
]	(blokhaak rechts)	tot en met

Als u bijvoorbeeld als correct antwoord wilt invoeren: van 3.0 tot en met 5.3, geef dan op:
<3.0,5.3]

Tip: U kunt meerdere antwoordopties en intervallen ook combineren:
0.5|-0.5|<3.0,5.3]